Het schrijversvak brengt voor mij meerdere valkuilen met zich mee – en ik hoop zó dat dit herkenbaar is voor mijn collegaschrijvers – ; zo vind ik een nieuw verhaal beginnen véél leuker dan iets tot in den treuren herschrijven en afmaken. Ik heb verdomd veel ‘Er was eens…’ maar verdacht weinig ‘en ze leefden nog lang en gelukkig’s’. Meestal blijven mijn personages ergens halverwege het verhaal hangen, hunkerend naar een al dan niet goede afloop en kijken me dan ook verwijtend aan vanaf het scherm, ongeduldig tikkend met hun voet, wachtend tot ze verder mogen met hun leven. Ik bijt even op mijn lip en klik dan toch weer een vers bestand open. Ik bedoel, herschrijven…ik zou niet eens weten waar ik moet beginnen. (Vooraan….roept een McFlurry-achige stem. Ik negeer hem voor het gemak.)
Ik laat me ook graag afleiden door schrijfwedstrijden. Korte verhalen en blogs over uiteenlopende onderwerpen, deadlines en nieuwe ideeën. Super leerzaam natuurlijk en voor mij een perfecte oefening om nieuwe genre’s te proberen, erkenning te krijgen en feedback te ontvangen. Maar stiekem zijn al die wedstrijden ook een prima excuus om niet verder te gaan met mijn ongeduldige personages die hier en daar smekend hun hand opsteken. Hier zijn we! Hier in de computer!
Nieuwe ideeën heb ik ook genoeg. Mijn favoriete genre om te schrijven is natuurlijk chicklit en het ene na het andere nieuwe idee plopt omhoog en ik popel om ze op papier te zetten. Grappige anekdotes, onverwachte situaties of leuke versprekingen; alles is een potentieel verhaal en in mijn hoofd tuimelen de nieuwe ideeën over elkaar heen. Ze willen er allemaal uit en de wereld in! En dan schrijf ik ook ooit nog een spannende historische roman, ik heb bladzijdes en notitie-app’s vol met ideeën. En geloof me, écht leuk! 🙂
Maar ik roep mezelf nu een halt toe. Afgelopen met dat getreuzel en excuses. De schrijfwedstrijden waarvan ik nog had bedacht mee te doen, streep ik resoluut van mijn lijst. Tijd voor actie. Tijd voor afronden, afmaken en tot slot natuurlijk ‘even’ doorbreken in het schrijfwereldje. Ik heb te veel aanmoedigen van favoriete, supertoffe schrijfsters gehad om nu nog achter te blijven. Ik kom eraan!
Ik begin deze maand nog met het herschrijven van Mag het een onsje meer zijn én zorg dat de eerste versie Van Chanel naar Flanel aan het eind van het jaar af is. Daarnaast doe ik niets meer. Echt niet. Vooruit, af en toe een blog natuurlijk. En oh ja, mijn ‘gewone’ baan uiteraard. Detail.
En dit jaar komt de spannende mini roman Start spreading the news nog jullie kant op. Beloofd.
En nu…
Aan het werk!